Indien een zelfde gebeurtenis voor de benadeelde, behalve schade, ook voordeel heeft opgeleverd, dan moet – voor zover dat redelijk is – dit voordeel bij de vaststelling van de schade in rekening worden gebracht (art. 6:100 BW).
Veelal gaat het hierbij om uitgespaarde kosten, of om uitkeringen door verzekeraars. Ten aanzien van deze laatste categorie moet worden onderscheiden tussen de schadeverzekering en de sommenverzekering.
Art. 6:100 BW: Heeft een zelfde gebeurtenis voor de benadeelde naast schade tevens voordeel opgeleverd, dan moet, voor zover dit redelijk is, dit voordeel bij de vaststelling van de te vergoeden schade in rekening worden gebracht.
Als regel worden uitkeringen krachtens schadeverzekering in mindering gebracht op de schadesom. Krachtens subrogatie verkrijgt de verzekeraar voor het uitgekeerde bedrag een vordering op de aansprakelijke (art. 7:962 BW).
Art. 7:962 lid 1 BW: Indien de verzekerde terzake van door hem geleden schade anders dan uit verzekering vorderingen tot schadevergoeding op derden heeft, gaan die vorderingen bij wijze van subrogatie op de verzekeraar over voor zover deze, al dan niet verplicht, die schade vergoedt. De verzekerde moet zich, nadat het risico zich heeft verwezenlijkt, onthouden van elke gedraging welke aan het recht van de verzekeraar tegen die derden afbreuk doet.
Een sommenverzekering is onafhankelijk van de daadwerkelijk geleden schade, en wordt in beginsel derhalve niet in mindering gebracht op de schadevergoedingsplicht. Overigens is soms aanwijsbaar dat een deel van de sommenverzekering strekt tot vergoeding van schade, en voorts kan het bestaan van een dergelijke verzekering aanleiding geven tot matiging van de schadeplicht (art. 6:109 BW).
Art. 6:109 BW: 1. Indien toekenning van volledige schadevergoeding in de gegeven omstandigheden waaronder de aard van de aansprakelijkheid, de tussen partijen bestaande rechtsverhouding en hun beider draagkracht, tot kennelijk onaanvaardbare gevolgen zou leiden, kan de rechter een wettelijke verplichting tot schadevergoeding matigen. 2. De matiging mag niet geschieden tot een lager bedrag dan waarvoor de schuldenaar zijn aansprakelijkheid door verzekering heeft gedekt of verplicht was te dekken. 3. Ieder beding in strijd met lid 1 is nietig.