Verbintenissenrecht I
Verbintenissenrecht II
Goederenrecht

Niet-nakoming en tekortkoming: het verschil

Niet nakomen wil zeggen: het in enig opzicht niet voldoen aan de inhoud van een verbintenis, uit welke bron deze ook moge zijn ontstaan. Niet nakomen is een volstrekt neutraal begrip, en is als zodanig geen grondslag voor schadevergoeding of ontbinding.

Tekortkomen is het niet nakomen, terwijl nakoming wel kan worden gevergd. Dat impliceert dat

  • de verbintenis opeisbaar is (art. 6:38 en 6:39),
Art. 6:38 BW (opeisbaarheid zonder tijdsbepaling):

Indien geen tijd voor de nakoming is bepaald, kan de verbintenis terstond worden nagekomen en kan terstond nakoming worden gevorderd.
Art. 6:39 BW (opeisbaarheid met tijdsbepaling):

1. Is wel een tijd voor de nakoming bepaald, dan wordt vermoed dat dit slechts belet dat eerdere nakoming wordt gevorderd.

2. Betaling vóór de vervaldag geldt niet als onverschuldigd.
  • de prestatie uitblijft of ondeugdelijk is
  • men niet bevoegd is de prestatieplicht op te schorten.

Indien voor het intreden van de gevolgen van een tekortkoming verzuim is vereist (zie hieronder), dan is er eerst sprake van een tekortkoming als dat verzuim is ingetreden. Daarvóór is er in dat geval slechts een niet nakomen.

Het belang van dit wat (erg) subtiele onderscheid is gelegen bij de opschortingsrechten. Daarvoor is slechts vereist de niet-nakoming. Zie voor een toepassing hiervan art. 7:6 lid 1 BW waarin wordt gesproken van tekortkoming, zodat opschorting niet binnen het bereik van dit artikel valt.

Art. 7:6 lid 1 BW:

Bij een consumentenkoop kan van de afdelingen 1-7 van deze titel niet ten nadele van de koper worden afgeweken en kunnen de rechten en vorderingen die de wet aan de koper ter zake van een tekortkoming in de nakoming van de verplichtingen van de verkoper toekent, niet worden beperkt of uitgesloten.