Art. 6:61 BW: 1. Verzuim van de schuldeiser maakt een einde aan verzuim van de schuldenaar. 2. Zolang de schuldeiser in verzuim is, kan de schuldenaar niet in verzuim geraken.
Art. 6:62 BW: Gedurende het verzuim van de schuldeiser is deze niet bevoegd maatregelen tot executie te nemen.
Art. 6:63 BW: De schuldenaar heeft, binnen de grenzen der redelijkheid, recht op vergoeding van de kosten, gevallen op een aanbod of een inbewaringstelling als bedoeld in de artikelen 66-70 of op andere wijze als gevolg van het verzuim gemaakt.
Art. 6:65 BW: Wanneer bij een verbintenis tot aflevering van soortzaken de schuldenaar bepaalde, aan de verbintenis beantwoordende zaken voor de aflevering heeft aangewezen en de schuldeiser daarvan heeft verwittigd, dan is hij in geval van verzuim van de schuldeiser nog slechts tot aflevering van deze zaken verplicht. Hij blijft echter bevoegd tot aflevering van andere zaken die aan de verbintenis beantwoorden.
Art. 6:66 BW: Strekt de verbintenis tot betaling van een geldsom of tot aflevering van een zaak, dan is in geval van verzuim van de schuldeiser de schuldenaar bevoegd het verschuldigde ten behoeve van de schuldeiser in bewaring te stellen.