Lees hier onze uitgebreide analyse van structurele problemen rondom de Beroepsopleiding Advocaten en de uitvoeringsorganisatie CPO/Dialogue: https://www.llmlegal.nl/blog/misstanden-beroepsopleiding-advocaten/
0 of 8 Vragen completed
Vragen:
Je hebt de quiz al eerder voltooid. Daarom kun je hem niet meer opnieuw starten.
Quiz is aan het laden…
Je moet inloggen of inschrijven om de quiz te starten.
U moet eerst het volgende invullen:
Uw tijd:
De tijd is verstreken
Machteld Prinsen is eigenaresse van een boerderij en een grote boomgaard in de gemeente Drentherheide. Prinsen wil in de boomgaard een kleine camping met 20 kampeerplaatsen gaan exploiteren en vraagt de daarvoor benodigde vergunning aan bij het college van burgemeester en wethouders. Het college verleent de gevraagde vergunning.
Het perceel, waarop de boerderij en de grote boomgaard staan, wordt omringd door gronden die in bezit zijn van de gemeente Drentherheide. De gemeente heeft ambitieuze plannen met die grond: de gemeente wil een groot retail- en leisurepark realiseren (winkels, sportfaciliteiten etc.). De gemeente heeft voor de deze ontwikkeling een intentieovereenkomst gesloten met Construct B.V. Tevens is afgesproken dat Construct te zijner tijd de grond van de gemeente kan kopen.
Construct is niet blij met de kampeervergunning van Prinsen, omdat het waarschijnlijk de toekomstige ontwikkelingen zal beperken. Construct wendt zich tot u om de vergunning van Prinsen aan te vechten.
Waardoor is Construct aan te merken als belanghebbende bij de kampeervergunning?
Machteld Prinsen is eigenaresse van een boerderij en een grote boomgaard in de gemeente Drentherheide. Prinsen wil in de boomgaard een kleine camping met 20 kampeerplaatsen gaan exploiteren en vraagt de daarvoor benodigde vergunning aan bij het college van burgemeester en wethouders. Het college verleent de gevraagde vergunning.
Het perceel, waarop de boerderij en de grote boomgaard staan, wordt omringd door gronden die in bezit zijn van de gemeente Drentherheide. De gemeente heeft ambitieuze plannen met die grond: de gemeente wil een groot retail- en leisurepark realiseren (winkels, sportfaciliteiten etc.). De gemeente heeft voor de deze ontwikkeling een intentieovereenkomst gesloten met Construct B.V. Tevens is afgesproken dat Construct te zijner tijd de grond van de gemeente kan kopen.
Construct is niet blij met de kampeervergunning van Prinsen, omdat het waarschijnlijk de toekomstige ontwikkelingen zal beperken. Construct wendt zich tot u om de vergunning van Prinsen aan te vechten.
Volgens Construct heeft iemand van de gemeente vorig jaar gezegd dat de gemeente niet zou meewerken aan eventuele plannen van Prinsen.
1) Om welk algemeen beginsel van behoorlijk bestuur gaat het hier?
2) Welke twee punten moet u zeker nader uitzoeken om te kunnen inschatten of dit algemeen beginsel is geschonden? Beargumenteer uw antwoord.
Machteld Prinsen is eigenaresse van een boerderij en een grote boomgaard in de gemeente Drentherheide. Prinsen wil in de boomgaard een kleine camping met 20 kampeerplaatsen gaan exploiteren en vraagt de daarvoor benodigde vergunning aan bij het college van burgemeester en wethouders. Het college verleent de gevraagde vergunning.
Het perceel, waarop de boerderij en de grote boomgaard staan, wordt omringd door gronden die in bezit zijn van de gemeente Drentherheide. De gemeente heeft ambitieuze plannen met die grond: de gemeente wil een groot retail- en leisurepark realiseren (winkels, sportfaciliteiten etc.). De gemeente heeft voor de deze ontwikkeling een intentieovereenkomst gesloten met Construct B.V. Tevens is afgesproken dat Construct te zijner tijd de grond van de gemeente kan kopen.
Construct is niet blij met de kampeervergunning van Prinsen, omdat het waarschijnlijk de toekomstige ontwikkelingen zal beperken. Construct wendt zich tot u om de vergunning van Prinsen aan te vechten.
Volgens Construct is er een bodemonderzoek waaruit blijkt dat de grond van de boomgaard zodanig verontreinigd is dat de gezondheid van de kampeerders gevaar zal kunnen lopen. Omdat de toepasselijke verordening mede strekt ter bescherming van de kampeerders had deze bodemverontreiniging moeten leiden tot een weigering van de vergunning.
Is het, gezien de strekking van de verordening, zinvol dat Construct hier in de bezwaarschriftprocedure een beroep op doet? Beargumenteer uw antwoord.
Machteld Prinsen is eigenaresse van een boerderij en een grote boomgaard in de gemeente Drentherheide. Prinsen wil in de boomgaard een kleine camping met 20 kampeerplaatsen gaan exploiteren en vraagt de daarvoor benodigde vergunning aan bij het college van burgemeester en wethouders. Het college verleent de gevraagde vergunning.
Het perceel, waarop de boerderij en de grote boomgaard staan, wordt omringd door gronden die in bezit zijn van de gemeente Drentherheide. De gemeente heeft ambitieuze plannen met die grond: de gemeente wil een groot retail- en leisurepark realiseren (winkels, sportfaciliteiten etc.). De gemeente heeft voor de deze ontwikkeling een intentieovereenkomst gesloten met Construct B.V. Tevens is afgesproken dat Construct te zijner tijd de grond van de gemeente kan kopen.
Construct is niet blij met de kampeervergunning van Prinsen, omdat het waarschijnlijk de toekomstige ontwikkelingen zal beperken. Construct wendt zich tot u om de vergunning van Prinsen aan te vechten.
Ter motivering van het besluit met betrekking tot de vergunning heeft het college volstaan met een verwijzing naar een verplicht advies van de gemeentelijke agrarische commissie.
Als u het advies bestudeert, constateert u het volgende:
• Het advies van de commissie is in het geheel niet gemotiveerd.
• Het blijkt dat de adviescommissie heeft geadviseerd over een afwijkende conceptaanvraag en dus niet over de echte aanvraag. Er blijkt nergens uit dat het college zich hier rekenschap van heeft gegeven.
• De adviescommissie heeft geadviseerd om slechts tien kampeerplaatsen toe te staan, terwijl het college twintig kampeerplaatsen heeft vergund.
Geef aan op welke wijze u deze constateringen in uw bezwaarschrift kunt gebruiken. Verwijs in uw antwoord naar de toepasselijke wetsartikelen.
Bob de Vries woont naast een leegstaand winkelpand. Mario Manna wil in het winkelpand een pizzeria beginnen. Daarvoor heeft Manna, op grond van een gemeentelijke verordening, een exploitatievergunning nodig van de burgemeester. De burgemeester bereidt het besluit voor met toepassing van afdeling 3.4 Awb.
De Vries dient één dag te laat zijn zienswijze in. De burgemeester heeft daar kennelijk geen probleem mee, want deze zienswijze wordt gewoon meegenomen.
Op basis van de ingediende zienswijzen besluit de burgemeester de vergunning te verlenen, maar wel onder enkele beperkende voorschriften. Anders dan Manna heeft gevraagd, mag de pizzeria door de week slechts tot 21.00 uur geopend zijn: de geluidsisolatie van het pand is zodanig slecht, dat de burgemeester geluidsoverlast verwacht voor omwonenden.
De Vries wil het besluit graag aanvechten en wendt zich tot u.
De Vries heeft de burgemeester gevraagd het besluit op de aanvraag naar zijn mailadres te sturen. De burgemeester verstuurt het besluit op 1 maart naar Manna en mailt het op 5 maart naar De Vries. Door een storing bij de internetprovider van De Vries komt het bericht pas op 8 maart in zijn mailbox. De Vries leest het bericht op 10 maart.
De Vries vraagt u op 1 april:
1. welk rechtsmiddel hij kan aanwenden en bij wie hij het rechtsmiddel dan moet aanwenden,
2. of er nog tijd is om het besluit aan te vechten.
Beantwoord de vragen van De Vries. Beargumenteer uw antwoorden en verwijs in uw antwoord naar de toepasselijke wetsartikelen.
Bob de Vries woont naast een leegstaand winkelpand. Mario Manna wil in het winkelpand een pizzeria beginnen. Daarvoor heeft Manna, op grond van een gemeentelijke verordening, een exploitatievergunning nodig van de burgemeester. De burgemeester bereidt het besluit voor met toepassing van afdeling 3.4 Awb.
De Vries dient één dag te laat zijn zienswijze in. De burgemeester heeft daar kennelijk geen probleem mee, want deze zienswijze wordt gewoon meegenomen.
Op basis van de ingediende zienswijzen besluit de burgemeester de vergunning te verlenen, maar wel onder enkele beperkende voorschriften. Anders dan Manna heeft gevraagd, mag de pizzeria door de week slechts tot 21.00 uur geopend zijn: de geluidsisolatie van het pand is zodanig slecht, dat de burgemeester geluidsoverlast verwacht voor omwonenden.
De Vries wil het besluit graag aanvechten en wendt zich tot u.
Stel dat De Vries tijdig beroep instelt bij de rechtbank (afdeling bestuursrecht).
De Vries weet dat hij zijn zienswijze buiten de termijn heeft ingediend. De Vries vraagt u of de rechtbank (afdeling bestuursrecht) daar in beroep een probleem van zal maken, mede gezien het feit dat partijen daar zelf niet over zullen beginnen.
Beantwoord de vraag van De Vries. Beargumenteer uw antwoord.
Bob de Vries woont naast een leegstaand winkelpand. Mario Manna wil in het winkelpand een pizzeria beginnen. Daarvoor heeft Manna, op grond van een gemeentelijke verordening, een exploitatievergunning nodig van de burgemeester. De burgemeester bereidt het besluit voor met toepassing van afdeling 3.4 Awb.
De Vries dient één dag te laat zijn zienswijze in. De burgemeester heeft daar kennelijk geen probleem mee, want deze zienswijze wordt gewoon meegenomen.
Op basis van de ingediende zienswijzen besluit de burgemeester de vergunning te verlenen, maar wel onder enkele beperkende voorschriften. Anders dan Manna heeft gevraagd, mag de pizzeria door de week slechts tot 21.00 uur geopend zijn: de geluidsisolatie van het pand is zodanig slecht, dat de burgemeester geluidsoverlast verwacht voor omwonenden.
De Vries wil het besluit graag aanvechten en wendt zich tot u.
De bestuursrechter lijkt geen probleem te zien in het feit dat de zienswijzen een dag te laat waren ingediend. Er wordt een onderzoek ter zitting gepland. Drie dagen voor het onderzoek ter zitting bij de rechtbank meldt De Vries zich bij u met twee zeer recente verklaringen van omwonenden. Door vakantie waren deze omwonenden niet eerder in staat om een verklaring af te leggen. De verklaringen bevestigen dat er sprake is van geluidsoverlast. De Vries wil graag dat u deze verklaringen als nadere stukken indient bij de rechtbank.
Kunt u deze stukken nog met succes als stuk indienen? Beargumenteer uw antwoord.
Bob de Vries woont naast een leegstaand winkelpand. Mario Manna wil in het winkelpand een pizzeria beginnen. Daarvoor heeft Manna, op grond van een gemeentelijke verordening, een exploitatievergunning nodig van de burgemeester. De burgemeester bereidt het besluit voor met toepassing van afdeling 3.4 Awb.
De Vries dient één dag te laat zijn zienswijze in. De burgemeester heeft daar kennelijk geen probleem mee, want deze zienswijze wordt gewoon meegenomen.
Op basis van de ingediende zienswijzen besluit de burgemeester de vergunning te verlenen, maar wel onder enkele beperkende voorschriften. Anders dan Manna heeft gevraagd, mag de pizzeria door de week slechts tot 21.00 uur geopend zijn: de geluidsisolatie van het pand is zodanig slecht, dat de burgemeester geluidsoverlast verwacht voor omwonenden.
De Vries wil het besluit graag aanvechten en wendt zich tot u.
Hangende de behandeling van het beroep, wil Manna – in ieder geval voorlopig – door de week geopend zijn tot 23.00 uur. Manna meent dat dat mogelijk zou moeten zijn, omdat hij inmiddels geluiddempende muurplaten in het pand heeft aangebracht.
Manna dient een verzoek om voorlopige voorziening in. De voorzieningenrechter laat zich overtuigen en beslist dat de pizzeria tot zes weken na de uitspraak op het beroep door de week tot 23.00 uur open mag zijn. Enkele weken na de uitspraak van de voorzieningenrechter ontdekt De Vries tot zijn verbazing dat Manna de muurplaten alweer heeft weggehaald.
Kan De Vries nu het volgende wel of niet doen:
1. hoger beroep instellen tegen de uitspraak van de voorzieningenrechter,
2. opheffing van de voorlopige voorzieningen vragen en/of
3. herziening vragen van de uitspraak van de voorzieningenrechter?
Verwijs in uw antwoorden naar de toepasselijke wetsartikelen.
Cookie | Duur | Omschrijving |
---|---|---|
cookielawinfo-checbox-analytics | 11 months | This cookie is set by GDPR Cookie Consent plugin. The cookie is used to store the user consent for the cookies in the category "Analytics". |
cookielawinfo-checbox-functional | 11 months | The cookie is set by GDPR cookie consent to record the user consent for the cookies in the category "Functional". |
cookielawinfo-checbox-others | 11 months | This cookie is set by GDPR Cookie Consent plugin. The cookie is used to store the user consent for the cookies in the category "Other. |
cookielawinfo-checkbox-necessary | 11 months | This cookie is set by GDPR Cookie Consent plugin. The cookies is used to store the user consent for the cookies in the category "Necessary". |
cookielawinfo-checkbox-performance | 11 months | This cookie is set by GDPR Cookie Consent plugin. The cookie is used to store the user consent for the cookies in the category "Performance". |
viewed_cookie_policy | 11 months | The cookie is set by the GDPR Cookie Consent plugin and is used to store whether or not user has consented to the use of cookies. It does not store any personal data. |