Major bestuursrecht 15 december 2018 gesloten vragen

Artikel 17 Advocatenwet bepaalt dat de lokale orden van advocaten rechtspersonen zijn. Iedere lokale orde kent het orgaan raad van de orde (artikel 17a lid 2 Advocatenwet). In hoeverre is de Awb van toepassing op de handelingen van de raad van de orde?

Bij besluit van 1 januari 2018 heeft het college van burgemeester en wethouders een bedrag van €100.000 aan ten onrechte verstrekte bijstand van Bert Knol teruggevorderd. Daarbij is vermeld dat het bedrag binnen zes weken dient te worden betaald. Bij brief van 15 maart 2018 heeft het college Knol aangemaand het verschuldigde bedrag binnen 14 dagen te betalen. Het college heeft hierbij vermeld dat bij niet tijdig betalen deze kan worden afgedwongen door op kosten van Knol uit te voeren invorderingsmaatregelen.

Is de aanmaning een besluit in de zin van de Awb en zo ja staat op grond van de Awb bezwaar open?

Lin Chen heeft bij de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel ingediend. Jens Thomsen, ambtenaar bij de Immigratie-en naturalisatiedienst, heeft krachtens (onder)mandaat de aanvraag afgewezen. Chen dient tegen deze beslissing bezwaar in.

Mag Thomsen de beslissing op bezwaar nemen?

Op grond van artikel 26 van de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) van de gemeente Schoonbeek is het college van burgemeester en wethouders bevoegd om een plaats aan te wijzen waar geen vuurwerk mag worden afgestoken. Uit de toelichting blijkt dat de regeling uitsluitend in het leven is geroepen om gevaar en schade te voorkomen. Jan de Ru heeft vernomen dat het college voornemens is een gebied in het centrum van Schoonbeek aan te wijzen als gebied waar het verboden is vuurwerk af te steken. De Ru woont in het aan te wijzen gebied. De Ru vindt dat het afsteken van vuurwerk een oude Nederlandse traditie is die om die reden ook moet worden behouden. Hij maakt zijn standpunt middels een brief aan het college kenbaar.

Moet het college het feit dat het om een traditie gaat bij de besluitvorming betrekken?

De minister van Economische Zaken en Klimaat heeft bepaald dat subsidieaanvragen voortaan uitsluitend elektronisch kunnen worden ingediend. Marlène Chouffre heeft geen computer en dient een subsidieaanvraag op papier per post in. Mag de minister weigeren de aanvraag van Chouffre in behandeling te nemen?

In de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) van de gemeente Zomerland is afdeling 3.4 Awb van toepassing verklaard op de voorbereiding van aanvragen om een standplaatsvergunning. Aan Janne Ritsma is, na het volgen van afdeling 3.4 Awb, een standplaatsvergunning verleend voor de verkoop van vis op de plaatselijke markt. Aan de vergunning is als voorschrift verbonden dat de standplaats binnen vier uur na sluitingstijd moet worden ontruimd. Enkele maanden na verlening van de vergunning verzoekt John Brooks, die naast de markt woont, het college van burgemeester en wethouders de vergunning te wijzigen. Brooks wil dat het voorschrift wordt aangescherpt, zodat Ritsma haar standplaats direct na sluitingstijd moet ontruimen. Het college is voornemens om dit verzoek af te wijzen. De APV geeft geen antwoord op de vraag of afdeling 3.4 Awb ook bij een wijzigingsverzoek van toepassing is.

Dient desondanks wederom afdeling 3.4 Awb te worden toegepast?

Antony Feliz heeft op 19 juni 2017 een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend. Op de betreffende vergunningsprocedure is afdeling 3.4 Awb van toepassing. Op 2 januari 2018 attendeert Feliz het college van burgemeester en wethouders er op dat de beslistermijn inmiddels is verstreken. Daarentegen stelt het college dat de beslistermijn nog niet is verstreken: op 19 december 2017 is immers telefonisch contact gezocht met Feliz. Tijdens dit gesprek heeft Feliz mondeling ingestemd met een verlenging van de beslistermijn van drie weken vanwege de feestdagen.

Is de beslistermijn op 2 januari 2018 verstreken?

Bert Nelissen heeft een vergunning aangevraagd voor een terras. Na vier maanden heeft het college van burgemeester en wethouders nog geen beslissing genomen. Vast staat dat het college niet tijdig op de aanvraag van Nelissen heeft beslist, zodat een vergunning van rechtswege is ontstaan (lex silencio positivo).

Welke van onderstaande acties zorgt ervoor dat Nelissen een bevestiging ontvangt dat het college de vergunning inderdaad heeft verleend?

De oude, grote eik voor het huis van Dagmar Constantin geeft zo veel overlast dat Constantin een omgevingsvergunning aanvraagt om deze eik te kappen. Het college verleent de vergunning met daarbij een herplantplicht voor een eik. Met die herplantplicht is Constantin niet blij. 200 meter verderop woont Toos Collier. Collier is verdrietig dat de eik zal gaan verdwijnen: vanuit haar slaapkamer heeft ze zicht op de top van de eik. Als de eik weg is, zal ze alleen nog maar daken en schoorstenen zien. Stichting Natuurbescherming Nederland, die zich tot nu toe feitelijk alleen heeft bezig gehouden met dierenbescherming, is ronduit woedend dat zo’n monumentale boom gaat verdwijnen.

Wie van deze drie heeft het recht om bezwaar te maken tegen de vergunning?

De staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat laat op 1 april 2018 in een persbericht weten dat een nieuw Verkeersbesluit Aanwijzing Aanlegplaatsen Bordeelboten Nederland is vastgesteld. Naar verluidt wordt ook de Rijnkade in de gemeente Rondwijk aangewezen als aanlegplaats. Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Rondwijk is daar niet blij mee. Hoewel er alleen nog maar een persbericht is, dient het college op 1 juni een bezwaarschrift in bij de staatssecretaris.

De staatssecretaris zal het bezwaar …

De ‘Pretboerderij’ van boer Hendrix is het college van burgemeester en wethouders een doorn in het oog. Zo’n partycentrum voor kinderfeestjes hoort volgens het college niet thuis in het mooie en stille natuurgebied en is ook strijdig met het bestemmingsplan. Het college legt een last onder dwangsom op: het gebruik van de boerderij als partycentrum moet stoppen, de draaimolen op het erf moet worden verwijderd en de paardenbak moet worden afgebroken. In zijn bezwaarschrift richt Hendrix zich uitsluitend op het gebruik van de boerderij als partycentrum en het afbreken van de paardenbak. Het bezwaar wordt ongegrond verklaard. Namens Hendrix gaat een advocaat in beroep bij de bestuursrechter. Vervolgens wordt, terwijl de dwangsom nog loopt, het bestemmingsplan gewijzigd: de paardenbak is inmiddels wel toegestaan.

Welke onderdelen van de last onder dwangsom kan de advocaat in beroep aanvechten?

Carola Teeuwen heeft bij het college van burgemeester en wethouders een subsidie voor woningisolatie aangevraagd. Het college weigert de subsidie. Teeuwen dient op de laatste dag van de bezwaartermijn een pro forma bezwaarschrift in. Het college geeft Teeuwen vier weken de tijd om de gronden van het bezwaar in te dienen. Teeuwen heeft die tijd niet nodig en dient al na twee weken de gronden van het bezwaar in. Teeuwen krijgt vervolgens te horen dat een bezwaarschriftcommissie zich over het bezwaar zal buigen.

Na hoeveel weken (gerekend vanaf het einde van de bezwaartermijn) kan Teeuwen uiterlijk een beslissing op haar bezwaarschrift verwachten?

Sem van Ham heeft een parkeervergunning voor zijn auto aangevraagd. Het college van burgemeester en wethouders weigert de parkeervergunning, omdat Van Ham over voldoende parkeerruimte op eigen terrein beschikt. Van Ham dient een bezwaarschrift in, waarbij hij aangeeft dat hij niet per se gehoord hoeft te worden omdat bij hem snelheid in deze kwestie vooropstaat. Het college laat weten dat zij na afloop van de bezwaartermijn binnen zes weken zal beslissen op het bezwaar. Als die termijn is verstreken en Van Ham taal noch teken van het college heeft vernomen, wil hij actie ondernemen. Van Ham wil graag direct van het bestuursorgaan een dwangsom wegens niet tijdig beslissen op zijn bezwaarschrift.

Is dat mogelijk?

Toneelvereniging Uylenspiegel doet een beroep op het gemeentelijk cultuurbudget, omdat de vereniging met opheffing wordt bedreigd. De aanvraag gaat gepaard met verschillende gesprekken met de betrokken wethouder. Het mag echter niet baten: het college van burgemeester en wethouders wijst de aanvraag af. De vereniging tekent bezwaar aan en is stomverbaasd als binnen zes weken het bezwaar ongegrond wordt verklaard, zonder dat de vereniging is gehoord. De toneelvereniging stelt beroep in en voert aan dat zij ten onrechte niet is gehoord in de bezwaarfase.

Zal dit beroep succesvol zijn?

Carla Margione heeft een vergunning aangevraagd voor een terras bij haar pizzeria. Het college van burgemeester en wethouders wijst de aanvraag af en die weigering blijft in bezwaar in stand. Margione stuurt de bestuursrechter van de rechtbank vervolgens een e-mail waarin zij schrijft: “Hierbij maak ik bezwaar tegen de afwijzing van de terrasvergunning. Ik heb daar gewoon recht op!”

Wat zal de bestuursrechter zeer waarschijnlijk doen?

Advocaat mr. Mustafa Abril schrijft namens zijn cliënt Hannie Albrinksma een bezwaarschrift tegen een besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Ruiterswold. In het bezwaarschrift verzoekt hij om vergoeding van de proceskosten. Het bezwaar wordt ongegrond verklaard en het primaire besluit blijft in stand. Over het verzoek om proceskostenvergoeding wordt niets gezegd.

Albrinksma besluit in beroep te gaan. Om geld te besparen, schrijft zij zelf het beroepschrift en gaat zij zelf naar de zitting. Daarbij laat zij zich wel adviseren door mr. Abril; zijn juridisc advies verwerkt zij in het beroepschrift. Albrinksma verzoekt de bestuursrechter om de vergoeding van de proceskosten in bezwaar en in beroep.

De uitspraak van de bestuursrechter is gunstig voor Albrinksma: het beroep wordt gegrond verklaard, het bestreden besluit wordt vernietigd en het primaire besluit wordt herroepen, vanwege een aan het college te wijten onrechtmatigheid.

Welke proceskosten komen voor vergoeding in aanmerking?

NB: CPO heeft de normering achteraf aangepast. Selecteer hieronder de twee juiste antwoorden.

Akkelien Karlsen heeft zodanige fysieke beperkingen, dat zij naar eigen zeggen in het geheel niet kan werken. Karlsen vraagt een uitkering aan. Het bevoegde bestuursorgaan weigert de uitkering, omdat Karlsen naar het oordeel van het bevoegde bestuursorgaan wel degelijk in staat moet worden geacht om te kunnen werken. Karlsen vecht dit besluit aan. Als de bezwaarschriftprocedure niet het gewenste resultaat oplevert, stelt Karlsen beroep in bij de bestuursrechter. De bestuursrechter benoemt een deskundige voor een onderzoek naar de vraag of Karlsen in staat is om te werken. Karlsen heeft weinig vertrouwen in dit onderzoek en wil niet meewerken.

Is Karlsen op grond van de Awb verplicht om mee te werken aan dit onderzoek?

Etienne Molsma heeft beroep ingesteld bij de bestuursrechter. De zaak is op zitting behandeld door de enkelvoudige kamer. Enkele weken later ontvangt Molsma de uitspraak. Daarin staat vermeld dat de zaak vanwege het complexe karakter is verwezen naar en afgedaan is door een meervoudige kamer. Onder de uitspraak staan dan ook de namen van drie rechters vermeld.

Was de enkelvoudige kamer bevoegd de zaak te verwijzen naar een meervoudige kamer?

NB: Ook bij deze vraag is de norm naderhand bijgesteld. Selecteer hieronder de twee juiste antwoorden.

Frans Potter wil een café beginnen. Hij vraagt aan het college van burgemeester en wethouders van Kruikenbroek een exploitatievergunning. Het college verstrekt hem een tijdelijke exploitatievergunning voor een jaar, zoals gebruikelijk in Kruikenbroek.

Boven het café woont Leontine Hoekstra. Zij vreest overlast, maakt bezwaar en stelt, als het bezwaar niets oplevert, beroep in tegen de tijdelijke exploitatievergunning. Een jaar verstrijkt en terwijl die procedure bij de rechtbank nog loopt, vraagt Potter een nieuwe exploitatievergunning aan. Ook die wordt verleend.

Wat moet Hoekstra doen als zij ook de nieuwe exploitatievergunning wil aanvechten?

Farida Mouraza heeft beroep ingesteld bij de bestuursrechter van de rechtbank tegen een besluit op bezwaar van het college van burgemeester en wethouders van Gaastergraaf. De bestuursrechter oordeelt dat het besluit op bezwaar een motiveringsgebrek kent en stelt het college in een tussenuitspraak in de gelegenheid dat gebrek te herstellen. Het college maakt van deze gelegenheid gebruik en dient bij brief een aanvullende motivering in. Het college verzoekt de bestuursrechter in die brief om in de einduitspraak het gebrek in het besluit op bezwaar te passeren met toepassing van artikel 6:22 Awb. De bestuursrechter oordeelt vervolgens in de einduitspraak dat met de aanvullende motivering het gebrek in het besluit op bezwaar inderdaad is hersteld.

Zal de bestuursrechter toepassing geven aan artikel 6:22 Awb?

Tan Liu heeft een uitkering aangevraagd bij het UWV. Als zijn aanvraag wordt afgewezen, dient hij zonder goede reden enkele dagen te laat zijn bezwaarschrift in. Het UWV maakt daar ten onrechte geen punt van en behandelt het bezwaarschrift inhoudelijk. Met de beslissing op bezwaar schiet Liu niets op: het bezwaar wordt ongegrond verklaard. Liu stelt beroep in bij de rechtbank.

Moet Liu er rekening mee houden dat de rechtbank het bezwaarschrift van Liu alsnog niet-ontvankelijk zal verklaren?

Marike Nielsen heeft drie lindebomen achter in haar tuin geplant. Het betreffende gedeelte van de tuin bevindt zich in de beschermingszone van het oppervlaktewaterlichaam. Volgens het dagelijks bestuur van het waterschap Stroom is het planten en behouden van de drie bomen in strijd met de waterschapsverordening. Het dagelijks bestuur heeft aan Nielsen een last onder bestuursdwang opgelegd, inhoudende dat de drie bomen moeten worden verwijderd. Tegen dit besluit heeft Nielsen bezwaar gemaakt. Tevens heeft zij de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen, in de die zin dat het bestreden besluit wordt geschorst tot een besluit is genomen op haar bezwaar. Op de zitting heeft de gemachtigde van het dagelijks bestuur toegezegd dat de bomen mogen blijven staan tot vier weken na de beslissing op het bezwaar.

Heeft de toezegging van de gemachtigde consequenties voor de uitspraak van de voorzieningenrechter?

Karel Wagenaar kan na zijn scheiding geen woonruimte vinden en vraagt een urgentieverklaring voor een woning aan. Het college van burgemeester en wethouders wijst de aanvraag af. Als zijn bezwaarschrift ongegrond wordt verklaard, stelt Wagenaar beroep in bij de rechtbank. Tevens dient Wagenaar een verzoek om voorlopige voorziening in. Kort daarna krijgt Wagenaar een bericht van de voorzieningenrechter dat de rechter zich op basis van de stukken voldoende geïnformeerd acht en dat nader onderzoek naar zijn mening redelijkerwijs niet kan bijdragen aan de beoordeling van de zaak. De voorzieningenrechter heeft daarom bepaald dat in de voorlopige voorzieningenprocedure geen zitting zal worden gehouden en dat onmiddellijk uitspraak zal worden gedaan in de hoofdzaak (“kortsluiting”).

Is de voorzieningenrechter bevoegd om deze zaak kort te sluiten?

Na omzwervingen als Syrische vluchteling heeft Jaza Sadoon zich gevestigd in Nederland. Hij wil hier zijn oude beroep als accountant oppakken en verzoekt het bestuur van de Koninklijke Nederlandse Beroepsorganisatie van Accountants om ingeschreven te worden in het accountantsregister ingevolge artikel 38 Wet op het accountantsberoep. Het bestuur weigert deze inschrijving.

Welke rechtsbescherming staat er op grond van de Awb tegen deze weigering open?

Harrie Dupont is ‘handelaar in alles’. Het erf van zijn boerderij lijkt op een schroothandel en in de schuur houdt hij een kleine nertsenfokkerij. Het college van burgemeester en wethouders legt een last onder dwangsom op, omdat er volgens het college geen sprake meer is van gebruik dat is toegestaan ingevolge de agrarische bestemming. Dupont stelt beroep in bij de rechtbank. De rechtbank vernietigt het handhavingsbesluit, omdat de nertsenfokkerij geen overtreding oplevert. Over het schroot oordeelt de rechtbank dat dit wel een overtreding oplevert en de last onder dwangsom voor dat onderdeel wel rechtmatig is.

Dupont stelt geen hoger beroep in. Het college neemt met inachtneming van de uitspraak van de rechtbank een nieuwe beslissing op bezwaar. In deze nieuwe beslissing op bezwaar is nu alleen een last onder dwangsom betreffende het schroot opgenomen. Dupont is niet van plan het schroot weg te halen en vraag zich af of het zin heeft om tegen de nieuwe beslissing op bezwaar beroep in te stellen bij de bestuursrechter om wederom een oordeel over het schroot te krijgen.

Zal de rechtbank inhoudelijk oordelen over het schroot?

Janna Bogdan is ten gevolge van een dwarslaesie aangewezen op een rolstoel. Op basis van de gemeentelijke Wmoverordening vraagt zij een bijzondere sportrolstoel aan. Zij krijgt echter een standaardmodel rolstoel toegekend, die volgens Bogdan ongeschikt is om mee te sporten. Bogdan gaat in bezwaar en als dat niets oplevert, in beroep bij de bestuursrechter. De rechtbank verklaart haar beroep ongegrond. In hoger beroep bij de Centrale Raad van Beroep brengt Bogdan naar voren dat een aantal sportvrienden van haar inmiddels op een gelijke aanvraag wel een sportrolstoel verstrekt hebben gekregen.

Mag Bogdan dit argument in hoger beroep nog naar voren brengen?

Het kruispunt Annastraat-Nieuwstraat is een levensgevaarlijke kruising voor de vele scholieren die er dagelijks langskomen en daarom gaat het kruispunt op de schop, zo staat te lezen in het verkeersbesluit dat het gemeentebestuur van Arendsveen heeft genomen. De slijterij van Cor Lambert is door de werkzaamheden geruime tijd moeilijk bereikbaar met een behoorlijk omzetverlies als gevolg. Hoewel Lambert de noodzaak van de werkzaamheden wel inziet, vindt hij de door de gemeente aan hem geboden compensatie te laag.

Welke procedurele weg is voor Lambert het verstandigste om te bewandelen?

Berber Cruz heeft een omgevingsvergunning gevraagd voor de bouw van een fitnesshal. Als haar aanvraag wordt afgewezen, dient zij een bezwaarschrift in. Om onduidelijke redenen beslist het bestuursorgaan pas na anderhalf jaar, en dus veel te laat, op haar bezwaarschrift. Die beslissing levert Cruz wel alsnog de gewenste vergunning op. Hoewel Cruz schade heeft geleden door het niet tijdig beslissen op het bezwaarschrift is zij zo blij met de vergunning dat zij geen beroep instelt. Enkele maanden later wil Cruz toch vergoeding van de vertragingsschade en dient daartoe een verzoek in bij het bestuursorgaan. Het bestuursorgaan wijst het schadeverzoek af: omdat Cruz geen beroep heeft ingesteld, moet de beslissing op bezwaar voor rechtmatig worden gehouden.

Is dit standpunt van het bestuursorgaan juist?